Een kleine geschiedenis van een ‘mazzelaar’
-ofwel hoe de Boet van Ruud de naam Boetje van Klemat kreeg-
In 1974 kocht eilander Ruud Bakker zijn allereerste stukje land en vlak daarna een paar schapen en zo begon zijn avontuur aan de rand van het dorp Den Hoorn op Texel.

In 1982 werd zijn ‘imperium’ uitgebreid met een heuse schapenschuur, in de volksmond ‘Boet’ genaamd. “Ik heb gewoon mazzel gehad”, zo noemt hij het. Ik zie vooral een hardwerkende man met een warm hart voor zijn omgeving en een groot verantwoordelijkheidsgevoel voor het behouden van dit authentieke stukje Texelse Rust en Ruimte. Hier geen plastic stoelen en daken van golfplaten. Een doorn in zijn oog. Hij bouwt het liefst met hout, dat hij vindt langs het strand, of in containers. “Ongelooflijk wat mensen allemaal weggooien.”

‘Zijn’ boet staat op het Klemat. Dichtbij de Rezieneweid. Plekken op Texel waar bijzondere verhalen aan vastzitten. Oude verhalen. Hele oude verhalen. Dat de ‘likedelers’ rond 1398 het dorp de Oude Hoorn in brand hebben gestoken.

Terug naar deze eeuw…

Naar het voorjaar van 2013 , om precies te zijn, wanneer Ruud in contact met kunstenares Ericka Voortman die graag een kunstinstallatie wil maken in zijn boet. “Kan dat?”
“Ja hoor”, zegt Ruud.

Enfin, acht jaar en zes exposities later zetten zij beide op donderdag 29 juli, samen met Henk-Jan Boluijt, hun handtekening, als zijnde het bestuur van de Stichting Boetje van Klemat.

Maar Ruud, jouw boet is hier in Den Hoorn toch bekend als de Boet van Ruud? Waarom van naam veranderen? “Nee! Mijn naam hoort er niet op. Dat wil ik niet”, zegt ie stellig, “want het gaat niet om mij”, zegt Ruud, “het gaat om het behoud van dat schitterende Klemat!”

HART VAN GOUD
En zo leer je de man met het hart van goud kennen. Die zich belangeloos wil inzetten voor dit natuurgebied. Hij knapt het eigenhandig allemaal op met allerlei materiaal wat voor zijn voeten komt. Hij raapt het op. Onvermoeid.

OPKNAPPEN [kleine geschiedenis van handen uit de mouwen]
In 2013 was zijn boet nog gewoon een boet zoals deze bedoelt is: opslagplaats voor o.a. oud gereedschap, toen kunstenares Ericka Voortman haar eerste performance – installatie ‘Kapel van de Schapen [voorheen ‘Giant Dress’] exposeerde tijdens de kunstmanifestatie Klifhanger. In ‘het vierkant’ stond, ten tijde van hun eerste werkoverleg, nog een schaap met twee lammeren.

ZOOI
In de zijpaden was allerhande ‘zooi’ opgeslagen. Een echte oude schapenschuur dus, nauwelijks nog ‘in functie’, waardoor Voortman kans zag om midden in het vierkant rust te creëren met haar performance: er werd gestart met het spinnen van levenslange, eindeloze draden voor een ‘Giant Dress.’ Daarover later meer.

Zowel Bakker als Voortman vinden het spijtig te zien dat de iconen van het Texelse Landschap, de typische boetjes, zo tragisch ten onder gaan. Ze zijn zelfs voor menig [schapen] boer een sta in de weg geworden. Een doorn in het oog haast, omdat ze midden op het land staan waardoor het land bewerken met moderne apparatuur ‘lastig’ is. Weg ermee!

Weg ermee? Lastig? Och, ze zijn zo prachtig van architectuur. Menig toerist vraagt zich af waarom het schuurtje toch zo’n vreemde vorm heeft. Wel, dat is om de schapenboer en zijn schapen te beschermen tegen de vaak harde noordwestenwind. Met zijn kont staat de boet tegen de wind in, zodat aan de rechte zijde een plek is voor de schapen om in de luwte te liggen.

Maar ja, dat lijkt allemaal overbodig. Schapen en Koeien blijven tegenwoordig bijna allemaal binnen, vanuit praktisch oogpunt. En schapenboer zijn ‘levert’ vandaag bar weinig op. Om maar te zwijgen van de erbarmelijk lage prijzen voor de schapenwol. Er valt weinig te verdienen als schapenboer.

Er valt eveneens weinig te verdienen als kunstenaar. Nog een punt waarop Ruud Bakker en Ericka Voortman elkaar gevonden hebben: Hun grote inzet om dit gebied ‘op de kaart te krijgen’ is niet in geld uit te drukken. En toch hebben zij de klinkende munten hard nodig. Niet om in eigen zak te steken, hun inzet voor de Stichting is belangeloos. Zij hopen zowel het Boetje van Klemat als het omliggend land voor de volgende generaties te kunnen onderhouden, beschermen en de schoonheid van deze ‘vredige’ plek door te geven.

Zo vredig was het natuurlijk niet, door de eeuwen heen. Er is soms hard en wreed gevochten in deze contreien. Er was zelfs een galgenduin! Terug naar nu …

… Over het opknappen van de Boet tot zijn, of zal ik zeggen ‘haar‘  huidig voorkomen: Achteraf lijkt het een plan van aanpak geweest te zijn, maar alle ontwikkeling rondom de Boet van Ruud [Klemat!] ging als vanzelf. “Misschien hebben we inderdaad mazzel gehad, Ruud”, zegt Voortman, “mazzel in die zin dat we beiden geboren zijn met ogen die schoonheid zien in ‘verval’.”

Dat het Boetje van Klemat thans haast een museum voor schone kunsten lijkt is te danken aan de praktische kennis en vaardigheden van Ruud Bakker en de kunstzinnige blik van Ericka Voortman. Helpt u mee deze Boet in stand te houden?